Vorige maand vertelde ik wie ik ben en wat er nodig is om de Caminho Portugûes á Santiago de Compostela te gaan lopen. Dit keer vertel ik wat de oorsprong van de Caminho is en wat die bekent voor mij. Hiervoor neem ik u mee naar het Heilige land Palestina in 44 na Christus.
De toenmalige Romeinse heerser Herodes Agrippa laat een van de 12 apostelen van Jezus Christus, Jacobus, ter dood brengen door hem te onthoofden. Naar verluidt is Jacobus eerder naar het Iberisch schiereiland gegaan om het woord van Jezus Christus te prediken maar vindt daar geen gehoor en keert terug naar Palestina. En het loopt dus anders met hem af daar. Het verhaal gaat dat zijn stoffelijk overschot in een stenen kist werd gelegd en per schip op transport is gesteld naar Galicië in noord west Spanje en na een lange zeereis aankwam nabij de plaats Padrón. Vandaar ging de reis over land naar een plek die in die tijd Campus Stellae genoemd, het sterrenveld alwaar Jacobus, in het Spaans Santiago genaamd, begraven werd.
Overigens komt de apostel Jacobus nogmaals voor in de geschiedenis. In de vroege middeleeuwen schijnt hij naar verluidt, gezeten op een wit paard, in de buurt van de Spaanse stad Leon de Moren verslagen te hebben. Hij is daar bekend als Santiago Mata Moros, Jacobus de Morendoder. Ik vertel ook maar wat ik er over gelezen heb.
Na verloop van tijd besluit een Spaanse koning, Carlos van Asturias op de plek Campus Stellae een kerk te bouwen en daar om heen ontstaat de huidige plaats Santiago de Compostela. In de tiende eeuw na Christus trekken al pelgrims naar Santiago om boete te doen voor hun zonden, zo luidt het verhaal, een hachelijke en gevaarlijke onderneming destijds waarvan menigeen niet thuis terugkeert. Lange tijd raakte de caminho (de weg in het Portugees) in vergetelheid, maar halverwege het midden van de vorige eeuw kwam de tocht weer in de belangstelling en trokken veelal katholieke pelgrims vanuit allerlei landen richting de schrijn van de Apostel Santiago.
Mijn doel om deze Caminho te lopen was niet zozeer om dit uit spirituele overwegingen te doen alhoewel ook ik ben opgegroeid met kerk en geloof. En laat ik daar heel eerlijk in zijn. Al gaandeweg ga je toch lopen denken en als ik zo hier en daar een kerk of een kapel in liep, liet mij dat zeker niet koud. En natuurlijk kwam ik mijzelf diverse keren tegen onderweg bij onverwachte problemen, pijn en afzien maar de winnaar in mij zorgde ervoor dat telkens weer de eindstreep gehaald werd. Tot vijf keer toe!
Maar het was de nieuwsgierige globetrotter in mij die mij voerde richting de Caminho. Ik wil altijd nieuwe dingen zien, doen en vooral ontdekken En daarvoor is de caminho een uitgelezen route. Bijkomend voordeel als liefhebber van Portugal is dat precies van daar uit ook de wegen richting Santiago lopen. En die voeren door en langs interessante plaatsen zoals Lissabon, Coimbra, Porto, Barcelos, Braga en Ponte de Lima. Dus de keuze viel al snel op de Caminho Português.
Alvorens ik je deelgenoot maak van onze voetreizen vanuit Lissabon en Porto laat ik vast weten dat er drie mogelijkheden zijn om de Caminho te ondernemen: Te voet, met de fiets of te paard. Het merendeel reist overigens wandelend of fietsend. Te paard is nogal een uitdaging. Denk maar aan stalling en voeding en drinken onderweg voor het edele dier. Maar een enkele keer gebeurt het.
Eenmaal aangekomen bij het eindpunt, de Kathedraal van Santiago, kan men het certificaat, de zogenaamde Compostela (een document) verkrijgen, opgesteld in het latijn, als bewijs dat men de Caminho tot een goed einde heeft volbracht. Daarvoor moet men wel wat doen want je krijgt het niet vanzelf.
In het Oficina de Peregrinos, het pelgrims bureau in Santiago wordt gecontroleerd of je de route correct hebt afgelegd door de stempels in de credential te checken. Met name de laatste honderd kilometers tellen voor het certificaat en je dient daarvoor zelfs 2 stempels per dag te hebben verzameld. Bij goedkeuring door de controleur wordt het certificaat plechtig aan u overhandigd… Voorwaar een memorabel moment en een beloning voor alle inspanningen en afzien. Daar komt nog bij dat mocht je in een heilig jaar (wanneer de 25ste juli op een zondag valt) in Santiago aankomen, je als Katholiek een volle aflaat verdient en uwe zonden vergeven worden. Dat alleen is al een reden om de wandelschoenen aan te trekken en richting Galicië te vertrekken lijkt mij.
Makkelijker kunnen we het niet maken. Helaas heb ik alle vijf keer niet in een heilig jaar gelopen dus weet je gelijk hoe ik er voor sta. Overigens zal ik binnenkort als vrijwilliger dienst doen in Santiago voor de AAC, Acogida Cristiana en los Caminos de Santiago de Compostela, de organisatie die namens de Kathedraal van Santiago de zaken rond de pelgrimages regelt. Zoals het uitreiken van de certificaten en ontvangen van de vermoeide bedevaartgangers bij aankomst in de stad. Ik houd je op de hoogte van mijn belevenissen zodra ik er eind Maart zal zijn.
Hoe komt men in Santiago? Simpel door de gele pijlen te volgen. Maar zo simpel is dat nog niet… Onderweg zie je zo’n pijl wel eens over het hoofd en ga je de verkeerde kant op. Talrijke keren heeft mijn vrouw mij dan ook voor verder onheil (onnodige extra meters lopen) behoedt door beter op te letten dan ik.
Vrijwilligers van Via Lusitana, de Portugese associatie van pelgrims zorgen er voor dat langs de route in Portugal zo veel mogelijk gele pijlen worden geschilderd op de straat, op het asfalt, op bomen, muren etc. Én dat die onderhouden blijven ieder jaar want soms verdwijnen ze of wordt de route hier en daar wat gewijzigd. Dat verdwijnen is nog al een ding… Zo liep de route ergens in Spanje lange tijd langs enkele restaurants en barretjes over een saai industrieterrein, tot besloten werd de route te verleggen naar een wat meer groen parcours iets verder op.
De locale restaurant eigenaren konden dat niet zo waarderen en veranderden telkens de pijlen door ze in de richting van hun bedrijven te laten wijzen . Wat valt daar van te zeggen, verwarrend is het wel voor de argeloze bedevaartganger .
De volgende maand vertel ik over de voorbereidingen om de grote reis te gaan ondernemen.
Até mais
Albertinho
Albert Weterings liep vijf keer als pelgrim door Portugal naar Santiago de Compostela. Naast pelgrim is hij vrijwilliger/taalmaatje en onderwijst, met zijn kennis van de Portugese taal, het Nederlands aan met name inburgerende Brazilianen op Goeree Overflakkee. Verder heeft hij een grote passie voor Braziliaanse Bossa Nova en Samba muziek en produceert muziek video’s.
Interessant Albert en met genoegen gelezen!
Groet, Willem
Wat een onderneming en een prachtig verhaal.
Waar komt deze passie vandaan ?
Recuerdos.
Waar komt de passie vandaan.
Allereerste had ik er niets mee tot ik enthousiaste verhalen er over hoorde net bijbehorende beelden en toen ik als Portugal liefhebber vernam dat er een Portugese route bestaat, was ik verkocht.
Inmiddels 5 keer de tocht gemaakt.
Het is als een virus. Eens er mee besmet kom je er nooit meer van af 😇. In de volgende column leg ik er meer over uit .
Abraço
Albertinho
Leuk 👍
Het is een prachtige tocht door een prachtig land .
Overigens is het land van de “buren” Spaans Galicië “ ook mooi om nu doorheen te lopen .
Met vriendelijke groet
Albertinho
Mooi om te lezen we gaan het volgen.
Bon Camino