Caminho Português: Ontmoetingen

Vorige keer vertelde ik over de “Weg“ zoals die letterlijk door Portugal loopt. Nu gaat het over de mensen die we op de weg tegen komen. En deze keer gaat dat in het bijzonder over de Portugezen. Voorafgaande aan ons grote avontuur lezen we ons goed voorbereidend in op het internet en al gauw krijgen we antwoorden op onze gestelde vragen onder andere door een forumlid uit Lissabon.

We worden online vrienden en als we in Lissabon komen, maakt hij -Aurélio,- graag tijd voor ons vrij om trots de niet toeristische mooie plekken van zijn stad te laten zien. We reizen af naar Lissabon en zien we met hem en zijn charmante vrouw Rita middeleeuwse ondergrondse gewelven, delen van stadsmuren, huizen van bekende Portugezen, kerken en kapellen en eten de beste pasteís de nata van de stad. We hebben tot op de dag van vandaag geregeld app contact en wisselen allerlei interessante informatie uit.

Een metrokaartje kopen op het vliegveld van Porto. Best wel een uitdaging met die ticketautomaten daar. De rijen mensen worden steeds langer voor die gebruikersonvriendelijke apparaten als er net weer een vliegtuig is geland. Ik vraag aan een man in het metrostation met een geel hesje aan, die blijkbaar daar het gezag vertegenwoordigt, hoe het werkt. Hij drukt op allerlei knoppen, ondertussen mij zo veel mogelijk over Porto vertellend. Ik hoef alleen nog maar mijn creditcard in het apparaat te steken en mijn kaartje er uit te trekken. Hij wenst mij boa viagem.

Op één dag lopen van de Sé kathedraal in Porto ligt een voormalig klooster – o Mosteiro de Vairão, waarin een pelgrims herberg gevestigd is. Daar willen we graag eens een nacht verblijven. In 2015 voorafgaande aan onze derde caminho stuur ik een email naar o Mosteiro de Vairão en vraag hoe ik van het vliegveld daar kan komen. Carla, de manager van de albergue antwoordt dat als ik de dag van aankomst en vluchtnummer doorgeef, ze ons komt ophalen. Aangekomen staat Carla ons al op te wachten en in de auto vraag ik haar waarom ze dit doet? Ik doe dit anders nooit, maar ik vond het leuk dat een Hollander in het Portugees mij een vraag stelt. In 2019 herhaalt ze deze service nogmaals als ik samen met mijn vriend Jan in Porto aankom. Lief! Ze wil er niets voor hebben maar een pakje Goudsche stroopwafels neemt ze in dank aan.

Caminho Português: Ontmoetingen

De statisticus & de conciërge

We lopen door een dorpje. Een vrouw (foto boven het artikel) richt zich tot ons en vraagt waar we heen gaan. Fátima? Nee, wij gaan naar Santiago. Oh wat jammer nou! zegt ze. Ga toch naar Fãtima blijft ze volhardend zeggen. Ja maar, dat zet onze wereld nu even op de kop, mochten we haar advies volgen. Ze is zichtbaar teleurgesteld Maar, zegt ze tenslotte “jullie krijgen toch mijn zegen“. Dat is mooi en het loopt lekker. Het klopt dat de Caminho naar Santiago onder Portugezen niet zo populair is als die naar Fátima, zo blijkt. We horen het wel vaker.

Na een lange tocht, grotendeels langs een drukke en gevaarlijke weg, lopen we Gôlega binnen. Een auto stopt, de chauffeur draait zijn raampje open, stelt zich voor als de burgemeester van het plaatsje en vraagt of we al een slaapplaats hebben. Ja, zeggen we volmondig. Oh dan is het goed. Mochten we nog vragen hebben, is hij altijd beschikbaar. Wat een service. En wat een eer… van de burgemeester nog wel. We voelen ons zeer welkom. Even later vragen we in Gôlega de weg naar onze slaapplaats en men verwijst ons door naar een straat verderop. Daar aangekomen vragen we het nog eens en binnen no time bemoeit o João en alleman zich er mee. Iedereen praat door elkaar heen, druk gesticulerend en wijzen alle kanten op. We zijn moe van het lopen en horen het lijdzaam aan. Niemand schijnt het echt te weten totdat er een deur open gaat en een vrouw naar buiten komt. We moeten bij haar zijn. Ons kent ons, maar blijkbaar toch niet altijd en overal.

In een dorpje zijn we even het spoor bijster. Een man komt op ons af, vermoedt dat we de caminho lopen en brengt ons weer op het goede pad terwijl hij gezellig een stukje met ons mee loopt. Misschien moest hij toch die kant op? Onderwijl legt hij ons uit waar Rodrigues en Soares wonen, wie ze zijn, en vooral met wie ze het doen… Interessant, we smullen van de plaatselijke roddel en achterklap. Zo kom je nog eens onverwachts iets te weten. Niet dat we daar voor naar Portugal zijn gekomen, maar nu we er toch zijn!

We stoppen bij een kapelletje. Meer om even uit te rusten. Een vrouw komt vanuit een huis naar ons toe gerend met een sleutel. De deur van de kapel wordt geopend en (of we willen of niet) we moeten naar binnen en met trots wordt alles getoond en tenslotte maakt ze nog een foto van ons. Bijzonder.

In Cernache hebben we twee bedden gereserveerd op een schoolcampus. Voor de poort staat een conciërge die alleen Portugees spreekt. In die tijd was mijn Portugees nog niet zo goed maar de leerlingen van de school die nieuwsgierig meeluisteren, vertalen onze Engelse conversatie dankbaar in het Portugees. De volgende dag trekken we verder en worden vrolijk begroet door de leerlingen, onderweg naar school. Een leuke ervaring.

In Albergarìa-a-Velha is een retraîte huis, a Casa da Diocesana, waar nonnen de dienst uitmaken. We slapen in een kamer met stapelbedden. Er is ook een Duitser die met ons oploopt richting Porto. Zuster Rita vraagt hoe laat we de volgende ochtend willen ontbijten. Om half acht graag. Volgende morgen staan we gepakt en gezakt buiten, alwaar een andere non al pront met de armen over elkaar ons staat op te wachten. Waar is de Duitser vraagt ze? Dat weten we niet, misschien slaapt hij nog? Dan krijgt hij geen ontbijt. Later komen we hem tegen. Iedereen was weg en er was niets te eten. Hmmm!

Caminho Português: Ontmoetingen

We lopen naar Ponte de Lima met de Peruaanse Ana die we eerder in Porto ontmoetten. Onderweg zien we op een muur van een huis een grote afbeelding van onze Apostel Jacobus. Er staat een bankje voor waarop we even plaats nemen voor een kort pauze en een fotomoment. Een man komt zijn huis uit met een fles Port en glazen. Even later toasten we op Portugal, Peru, Holanda en de Caminho. Het jaar er op zijn we daar weer in de buurt en ik heb deze keer Goudsche stroopwafels meegenomen. Weliswaar herkent hij ons niet meer maar moeten mee naar binnen en komen bijna niet meer weg. De fles Port komt weer op tafel en daarmee ook de wederzijdse verhalen. Gezellig.

We lopen door een dorpje als we op een driesprong ineens de gele pijlen kwijt zijn. Waarheen nu? roepen we verbijsterd uit. Als de nood, voor zo ver men hier van nood kan spreken, het hoogst is, is de redding nabij. Er komt een man uit een café naar ons toe gelopen met een papier in zijn hand en vraagt ons waar we vandaan komen. Uit Tomar zeggen we met enig gevoel voor understatement, maar dat bedoelt hij blijkbaar niet. Uit welk land komen jullie? Oh. Uit Nederland en vervolgens vinkt hij ons op zijn lijstje af en vertelt dat er al Brazilianen, Italianen, Tsjechen en een Duitser gepasseerd zijn vandaag. Statistiek op zijn Janboerenfluitjes maar wel grappig. Hij neemt ons mee het café in, stelt ons voor aan zijn dochter, de uitbaatster van het lokaal, we drinken een cafezinho, hij stempelt onze credentials, we rekenen af en vervolgens vertelt hij hoe we verder moeten lopen. Na 100 meter verschijnen de gele pijlen weer. Ik verdenk hem er van dat hij die pijlen …. Ach nee Albertinho, zo mag je niet over de mensen denken. Haha…

Nog eentje dan. We houden halt bij een kerkje voor een stempel in ons pelgrims paspoort. Buiten staat een oudere man die vraagt waar we vandaan komen. Uit Nederland en wel uit Rotterdam (waar we destijds nog woonden) oh zegt hij, daar heb ik 30 jaar gewerkt in de haven. Het wordt een gezellig gesprek, we wisselen ervaringen uit en we maken wat foto’s en vragen zijn naam en adres en trekken verder want de camino roept. Met kerstmis sturen we hem een kerstkaart met de foto’s erbij. Een warme brief komt terug. De camino verbindt mensen.

Caminho Português: Ontmoetingen

Volgende keer ontmoeten we Fernanda en Jacinto. Portugezen met een hart van goud.

Atė mais, tot de volgende keer.
Albertinho


Albert Weterings liep vijf keer als pelgrim door Portugal naar Santiago de Compostela. Naast pelgrim is hij vrijwilliger/taalmaatje en onderwijst, met zijn kennis van de Portugese taal, het Nederlands aan met name inburgerende Brazilianen op Goeree Overflakkee. Verder heeft hij een grote passie voor Braziliaanse Bossa Nova en Samba muziek en produceert muziek video’s.