Vorige keer verhaalde ik je over onze aankomst in Santiago. Deze keer gaat het over wat praktische zaken waarmee je te maken krijgt onderweg. Als je van die lange afstanden loopt, wil je ook wel eens even rust. Soms vind je het wel even genoeg…. Maar soms moet je wel eens wat, bijvoorbeeld als je blaren krijgt. Dan gaat het helemaal niet meer zo als vanzelfsprekend. Dan ben je blij als je de dag er op toch weer verder kunt.
Wat doe je overigens tegen blaren? Bij de Outdoor shop verkopen ze je graag anti blaar sokken van een bepaald soort schapenwol. Als je die aan doet vullen ze je wandelschoenen zo op dat je wel blaren krijgt. Als je het niet doorvertelt, zal ik ons geheim vertellen. Het blijft tussen ons, maar het zijn panty sokjes. Ja, je leest het goed. Je koopt enkele paren van die nylon sokjes die de dames bijvoorbeeld in hun sneakers dragen. Je zorgt dat je voeten schoon en droog zijn voor aanvang van de wandeling en trekt dan de pantysokjes aan. Daaroverheen trek je dunne wandelsokken en tenslotte je schoenen aan. Wat? Zal je zeggen, hoe zo dan?
Het antwoord is simpel. Je voeten bewegen constant in de schoenen, zetten uit omdat ze warm en vochtig worden. Door de panty sok ontstaat een extra laag die de schurende beweging opvangt tussen de wandelsok en de schoen. Het halve Pieterpad, Lissabon naar Santiago en vier keer Porto naar Santiago, zo’n tweeduizend kilometer liepen we zonder blaren. Een kleine anekdote daarover; op het Camino forum verklapte ik dit ook eens en in het Engels dacht ik dat deze sokjes “pantyliners” heetten. Iemand vroeg mij om raad en stuurde een tekeningetje hoe de “pantyliner“ dan gedragen moest worden aan de voeten. Toen ik het tekeningetje nog eens goed bekeek schoot ik enorm in de lach. Een pantyliner is maandverband in het Engels…
Zo’n backpack is ook een dingetje. Voordat je aan zo’n reis begint tast je zo’n beetje voor je zelf af wat je dan wel niet mee zult nemen. Al gauw ligt er zo’n 40 kilo op tafel. Ja, dit is makkelijk en zonder dat kan ik niet op reis. Maar ja, alles wat je niet meeneemt, is mooi meegenomen. Ik schreef het al eerder. Uiteindelijk wordt alles letterlijk en figuurlijk afgewogen en blijft er met veel moeite zeven kilo van dat alles over. Zouden we al wat missen, kunnen we er altijd naar op zoek gaan in Portugal.
Wat ook raadzaam is, is je om vooraf in te lezen over de af te leggen route. Waar ga je die dag heen, hoe ver is het, wat kom je vandaag tegen, is er eventueel openbaar vervoer in geval van nood en kun je ergens slapen voor de komende nacht? En kom je wat tegen waar wat te eten en te drinken te scoren is. Gelukkig zijn er handige gidsjes, geschreven door mensen die ons voor gingen, forums in allerlei talen en tegenwoordig ook vele apps voor op je smartphone. Verdwalen en verhongeren kun je bijna niet, zolang je (weet je nog) maar de gele pijlen blijft volgen.
We hadden het over een rustpauze. Even niet die zeven kilo backpack op je rug. Je wilt ook de was doen, want je hebt niet je hele kledingkast van thuis mee. Die wasjes zijn simpel. Je neemt een stuk zeep mee van huis waarmee je de cruciale delen van je kleding inzeept, daarna flink wrijven, trekken en duwen, spoelen en ophangen in bijvoorbeeld de badkamer/douche van je hotelkamertje. Je neemt ook een stukje touw en een paar knijpers mee als waslijn… Als extra droogruimte kun je ook de loopstokken gebruiken, twee stuks zijn al gauw goed voor bijvoorbeeld de natte sokken als je de stokken van een kast naar een deur laat overbruggen. Die was doe je overigens iedere dag want je hebt maar drie hemden, drie onderbroeken en drie paar sokken bij je.
Eén set daarvan gebruik je, één set is droog in de backpack en één set hangt te drogen. Alles verpak je overigens in plastic zakken in de backpack, zodat mocht je een hoosbui krijgen, je kleding in ieder geval droog blijft. En ga je ‘s morgens op pad en je sokken zijn nog niet droog en de zon schijnt, hang je ze gewoon aan de buitenkant van je rugzak. Dan ben je net een wandelend droogrek. Wat moet je anders?
De Portugezen en Spanjaarden zijn er ondertussen wel aan gewend. Maar we rusten uit. Van Lissabon tot Coimbra loop je zo’n acht dagen en er is daar in de oude universiteitsstad veel te zien, dus besluiten we een extra dag te blijven. En wat doe je dan? Dan ga je lopen – what else – om al die schoonheid en pracht te bekijken die deze stad te bieden heeft. Dat doen we verderop ook in Porto de eerste keer. De andere keren starten we in Porto dus bezoeken we de stad voor het begin van de caminho.
In Barcelos besluiten we onszelf spontaan een snipperdag te geven en nemen de bus naar Braga. Dat is een ritje van een uur. Gelijk sluiten we Braga in ons hart. Braga is een oude Romeinse vestingstad en hoogtepunt is de typische Portugese bouwstijl van kerken met name in het noorden van Portugal ,hoog gelegen op een heuvel met trappen er naar toe leidend. In Braga heet deze kerk a Igreja do Bom Jesus do Monte. Wereld erfgoed is deze kerk inmiddels. Prachtig gebouwd met zicht over Braga. De peregrinos in ons moeten er natuurlijk een stempel van de kerk in het credential scoren. Een goede pelgrim gaat nooit zonder credential op pad.
Er loopt door Braga overigens ook een caminho die in Porto begint en Braga aansluit op de centrale route in Ponte de Lima, de Caminho de Braga. Wij hebben de naam niet bedacht… In Pontevedra, Spanje geven we onszelf nogmaals een snipperdag cadeau, maar daar genieten we van de terrasjes, de restaurants, het koude bier en de tapas. De inwendige bedevaartganger wil ook wat!
In Pontevedra ga je je beseffen dat Santiago niet zo ver meer verwijderd is en komt de knellende vraag “wat nu?” Nog een dag lopen naar Caldas de Reis, nog één naar Padrón en dan zijn er nog maar 24 km te gaan naar de schrijn van de apostel. Aldaar aangekomen is het zaak om er ook weer vandaan te geraken. Voor ons is dat richting het vliegveld van Porto. De eerste keer dat we liepen boekten we alleen de heenreis naar Lissabon en namen twee maanden de tijd om naar Santiago te lopen. We deden het overigens in 34 dagen. In een hotel onderweg boekten we op de aldaar beschikbare computer zowel de bus naar Porto als de vliegreis.
In latere jaren regelden we het al voor onze grote reis of via onze smartphone. De tijden voor de pelgrims zijn ook veranderd. Nog een slaapplaats in Santiago regelen, maar dat is niet zo’n grote opgave. De anticlimax, ik beschreef het vorige maand al, valt koud op je dak en na de euforie het toch maar gedaan te hebben, moet je weer terug naar huis. Daar merk je al gauw dat weinigen onder de indruk raken van de prestatie die je toch maar hebt geleverd. Mensen hebben geen idee wat er bij zo’n caminho komt kijken. Doe het me maar eens na denk je nog. Nou ja, we deden het voor ons zelf toch? We teren er nog jaren op.
Toch kijk je nog eens stiekem in de reisgidsje of er toch niet nog een caminho is die je nog wel eens wilt lopen. Nou die zijn er genoeg. In de loop van het jaar worden de plannen concreter. Als we nu eens onze auto en caravan meenemen. Die parkeren we ergens en lopen van daar. Het jaar er op gaan we daadwerkelijk vroeg in april op reis en komen na zo’n dag of acht in de buurt van Porto aan en lopen langs de kust weer naar Santiago en reizen nadien door Portugal en Galicië en zien veel van de caminho, zo ook delen van andere routes in Spanje.
Het jaar daar op maar weer met het vliegtuig en nu lopen we vanaf Porto de gemengde route langs de kust en deels door het binnenland. In 2018 en 2019 doen we beide routes nogmaals, nu met mijn goede vriend Jan. Het caminho virus heeft ons ook gepakt. Het covid-19 virus stopt ons echter. Volgende keer zal ik je inwijden in het versterken van de inwendige mens. Heel belangrijk bij zo’n onderneming als de Caminho.
Abraço e até mais. Tot de volgende keer.
Albertinho
Albert Weterings liep vijf keer als pelgrim door Portugal naar Santiago de Compostela. Naast pelgrim is hij vrijwilliger/taalmaatje en onderwijst, met zijn kennis van de Portugese taal, het Nederlands aan met name inburgerende Brazilianen op Goeree Overflakkee. Verder heeft hij een grote passie voor Braziliaanse Bossa Nova en Samba muziek en produceert muziek video’s.
Genoten van deze aflevering. Je kunt het goed beschrijven zeg. Het opschrijven is ook weer genieten van de ervaringen toch.
Dank je Gerard.
Om de hoek – iets ten noorden van Braga zie ik.
De caminho van Braga naar Ponte de Lima hebben we nog niet gelopen Wij bleven altijd westelijker van Barcelos naar Ponte de Lima of zelfs langs de kust .
Maar wie weet dat ik de route van beginpunt Famalição via Braga naar Ponte de Lima te lopen.
Of gewoon nog eens vakantie te vieren in dit mooie noorden van Portugal
Forte abraço
Albertinho
Mooi verhaal. Je was bij ons om de hoek. http://www.villabrancabarreiros.com Wellicht een volgende wandelstop.