Saudades de Portugal

Lissabon wordt steeds drukker de laatste jaren. Meer en meer toeristen ontdekken hoe geweldig deze stad is. Tijdens ons bezoek afgelopen oktober werden we hier vooral door verrast in Belém. Het was misschien al wel de tiende keer dat we hier kwamen, maar nog nooit (echt nooit) was het zo ontzettend druk! We moesten ons letterlijk een weg banen door de hordes/bussen/kuddes (bejaarde) toeristen om de kerk en het klooster te bezoeken…

Poeh, je moet er wat voor over hebben. Misschien had het er wat mee te maken dat het vrijdagmiddag was?! Maar goed, we hadden het thuisfront belooft wat Pastéis de Belém mee terug te nemen, dus we waren in de buurt. En aangezien we een Lisboa Card hadden konden we het gratis bezoeken. De Lisboa Card is de officiële toeristenpas van Lissabon. Het is soort combinatie van vervoersbewijs, museumpas en kortingspas in één. Deze kaart koop je voor 24, 48 of 72 uur en is geldig in alle openbaar vervoer opties (tram, bus, trein, metro). Kijk van tevoren wat je wilt bezoeken en hoe en maak een snel rekensommetje of deze kaart voor jou de moeite waard is. Wij hadden er eentje voor 3 dagen, ideaal!

Het klooster, toch wel één van de meest prominente gebouwen in deze stad, is een symbool van de Portugese macht en rijkdom in de 15e en 16e eeuw. In 1502 werd er begonnen met de bouw (door de architect Diogo de Boitaca) van het klooster. En in 1517 werd de bouw overgenomen door de Spanjaard João de Castilho. Die maakte het klooster tot wat het nu is. Het is een goed voorbeeld van de Manuelstijl, een bekende en exclusief Portugese kunststijl. De grote Portugese schrijver Luis de Camões en de ontdekkingsreiziger Vasco da Gama liggen hier begraven. En ook Fernando Pessoa is in 1985, vijftig jaar na zijn overlijden, bijgezet in de gang van het klooster. Je kunt de kerk gratis bezoeken. Voor het klooster moet je betalen als je geen Lisboa Card hebt.

Het prachtige klooster staat op de plek waar Vasco da Gama en zijn bemanning zich (in 1497) afzonderden, voor ze aan hun reis naar India begonnen. Na een succesvolle tocht besloot koning Manuel waarschijnlijk als dank hiervoor een klooster te bouwen. Dat was mogelijk, omdat de vele kruiden en specerijen uit India enorm veel geld opbrachten. Het is alleen van buiten al een bezoek waard. Maar ik zou ook zeker binnen een kijkje nemen! De kerk had ik al eerder bezocht, maar door tijdsgebrek was het klooster er helaas nog nooit van gekomen. Gelukkig was het daar, waarschijnlijk door de toegangsprijs, een stuk minder druk.

De westelijke vleugel van het klooster is een maritiem museum. Hier krijg je een goed beeld van de zeemacht die Portugal ooit was. In 1987 werd het klooster samen met de Torre de Belém toegevoegd aan de werelderfgoedlijst van UNESCO. Meer informatie vind je op de website! Kaartjes voor het klooster kosten €10 en voor €12 kun je ook het maritiem museum bezoeken. Handig is als je eerst de kerk bezoekt, gevolgd door het klooster en eventueel als laatste nog het museum mocht je dat interessant vinden.

Openingstijden:

Oktober t/m april: dinsdag – zondag van 10:00 tot 17:30 uur.
Mei t/m september: dinsdag – zondag van 10:00 tot 18:30 uur.
Gesloten op: maandag, 1 januari, Paaszondag, 1 mei, 13 juni en 25 december.

* Praça do Império, Lisboa