Vorige maand dook ik in de archieven om te vertellen over onze zoektocht naar een stukje grond, veertien jaar geleden. Vandaag het vervolg daarop. Braaf komen we rond vieren op onze afspraak met Peter om met Don Jezus stukjes grond te gaan bezichtigen. Hij staat ons geagiteerd op te wachten. We zijn te laat, onze man is alweer vertrokken, hij had toch begin middag gezegd?
Discussiëren heeft geen zin, het is zijn woord tegen het onze. Beteuterd nemen we maar een biertje, om de teleurstelling weg te drinken. Al snel krijgen we gezelschap: een kleine, wervelende Portugees neemt naast ons plaats, bestelt ook een biertje, sluit meteen contact. Zijn armen zwaaien vrolijk met zijn woorden mee, hij wipt van het puntje van zijn stoel naar achter, staat dan op, neemt weer plaats, geen seconde zit hij stil. Het klikt.
José blijkt tien jaar in Amsterdam gewoond te hebben, is getrouwd met een Hollandse, spreekt vloeiend onze taal. Hij heeft een klein aannemersbedrijf, en bouwt met zijn twee mannen voor een Hollander die op zijn net gekochte terrein van 55 hectare (voor maar 250 duizend; heeft hij, José, voor hem gevonden) vijf huisjes mag neerzetten. Het gesprek leidt al snel naar onze eigen terreinenjacht, en twee tellen later hobbelen we met Klaas, onze bus, achter zijn pick-up aan. Peter kijkt ons verbitterd na.
José weet een stukje van 8 ha vlak bij zijn werkzaamheden, kunnen we daarna een hapje mee-eten, en als we willen een douche nemen, met onze bus de nacht daar doorbrengen. Het is liefde op eerste gezicht, hij begrijpt wat wij zoeken. Gelegen op een heuvel, een uitzicht waar je je baard bij aflikt, een ruïne, enkele olijf- en kurkenboompjes die de brand van drie jaar terug overleefd hebben, ruig en droog. Veertigduizend euro’tjes. Weliswaar het dubbele van ons budget, maar het gaat in ieder geval de goeie kant op, eindelijk zit het een beetje mee!
En het begint nog maar net: het terrein van de Hollander is prachtig gelegen tussen de heuvels, het is zowaar gezellig, de sfeer ontspannen. José lijkt net een uitgelaten hond, drentelt tussen het fornuis binnen en wij buiten, is een en al bewegelijkheid, energie, verhalen en grapjes. Er wordt ons een goddelijke maaltijd van gegrild vlees, heerlijke patatjes en een sappige groene salade voorgeschoteld, de ene fles wijn na de andere wordt tevoorschijn getoverd en als de lokaal gestookte medronho op tafel komt, wordt die plechtig vergezeld met de belofte dat hij ons de dagen erop nog wat andere stukjes zal laten zien.
Rond tweeën strompelen we onder de sterrenhemel de bus in, krekels strijden om het hoogste woord, we kunnen ons geluk nauwelijks geloven. Een onverwachte ontmoeting als beloning voor onze ondernemerschap. Voldaan vallen we in slaap en dromen van malse stukjes grond.
We zitten in ons stamcafé, aan de zoveelste koffie. Iedereen kent ons langzamerhand in Silves, het dichtstbijzijnde stadje. We hebben er vijf grond-bezichtigingen op zitten, het viel allemaal wat tegen. Te duur, te weinig grond, te dicht bij de stad, te dicht aan de weg, geen mooi uitzicht, teveel buren…De 8 ha waar we verliefd op waren blijken net te zijn verkocht aan de schoonzoon van de mensen die er naast wonen, helaas.
Onze gids heeft echter vernomen dat ernaast ook een stuk te koop staat, van 6 ha, voor maar twintigduizend. Weliswaar zonder ruïne, maar niet minder mooi gelegen. Je kunt er misschien geen huis bouwen, maar een houten hut of een caravan is toch ook prima? José, hyper als altijd, praat aan een stuk door. Legt weer de nadruk op het beperkte aanbod in wat wij zoeken, voor dat geld. Je moet er snel bij zijn, kijk maar naar die 8 ha. Uitgebreid zet hij de kosten voor ons op een rijtje, hij kan het weten, hij zit in de bouw.
Aanboren waterbron: 2000, als je pech hebt omdat ze dieper moeten, meer. Aanleg elektra-palen, een stuk of zes hebben we er nodig: ook rond de twee. Een houten hut? Die kan je zo goedkoop maken als je wilt, leg een paar stammen op elkaar, en je bent er al bijna. Als je nagaat dat hij voor 40 duizend een compleet stenen huis bouwt, met dak, meerdere kamers, keuken, badkamer, beerput, voorzien van alle luxes, inclusief arbeidskosten, wat is een zelfgemaakte houten hut dan? Peanuts, ja toch?
Nou moeten jullie eens luisteren, jongens: ik ben hier niet om jullie op te lichten, begrijp dat goed. Ik neem evenveel risico als jullie, besteed veel tijd hieraan, zonder er iets voor te vragen, zonder te weten of jullie überhaupt het geld hebben om te kopen. Als je niks koopt, hoef ik niks te hebben. Alleen als je een deal sluit, vraag ik vijf procent, dat lijkt me redelijk. Makelaars zijn veel duurder, ik reken nauwelijks iets. Ik vertrouw jullie, jullie moeten mij vertrouwen. Anders kunnen we beter meteen ophouden met samenwerken. Hij trekt er een ernstig gezicht bij, zijn woeste wenkbrauwen rijzen omhoog, twee lijntjes die zijn laatste woorden onderstrepen. Dan draait hij zich plotseling naar de bar, steekt zijn arm autoritair de lucht in, de eigenaresse dribbelt meteen onze kant op. Hij maakt een grapje, vraagt de rekening, en betaalt; vanzelfsprekend is deze voor hem, als om de vertrouwenskwestie nog eens te benadrukken.
Vanaf dan gaat alles in stroomversnelling: zodra we het terrein in kwestie zien, zijn we verkocht. Weer dat prachtige uitzicht, de ruimte, en nu ook nog voor het eerst de financiële haalbaarheid. We lopen de grenspaaltjes af met de kaart in de hand, een wilde tocht door onkruid en braamstruiken. Er is zelfs een beekje, alles klopt! We wisselen een blik, en weten het: dit wordt het. Dus: halsoverkop terug naar Nederland, de financiën regelen, over drie weken op en neer vliegen, om te tekenen. De datum wordt al vastgesteld: 22 juni 2005 gaat het gebeuren.
En zo geschiedde, het begin van ons grote Avontuur.
Elke 3e donderdag van de maand vertel ik over ons leven op de Berg in de Algarve. Ik duik de komende maanden in de archieven: hoe de zoektocht veertien jaar geleden ons naar deze berg leidde. Op onze Facebook pagina hou ik je op de hoogte van de ontwikkelingen sinds vorige zomer, toen de brand een einde maakte aan onze Eco-lodge Brejeira.