Er moest schoongemaakt worden, en weer gebouwd. En waar we al twaalf jaar lang hardnekkig achter de feiten aanliepen, namelijk het gebrek aan een voertuig waarmee dit mogelijk is, zouden we dat niet nog eens doen. Nieuwe ronde, nieuwe kansen: er moest een pick-up komen. Sander dook in de Portugese versies van Marktplaats, OLX en Custojusto, op zoek naar zijn ultieme bak.
Een oudje dus, want die zijn mooi, én eenvoudig zelf te repareren voor iemand met beperkt verstand ervan. Zoeken in de Algarve zette geen zoden aan de dijk, dus zijn afstands-spectrum groeide gestaag. Maar even naar Porto rijden om een auto te bekijken leek me nogal ver gaan, dus werd de grens gesteld bij regio Lissabon.
Op maandagochtend was het raak, ik mocht er één bellen. Ik legde uit dat we de volgende dag konden komen, en wel vanuit het verre zuiden (toch wel drie uur rijden), of hij hem dan voor ons vast wilde houden. Het was ons al eens gebeurd dat we ’s ochtends een afspraak maakten om een auto te bekijken, vlak na de lunch, we er in blijde verwachting heen reden, om dan te horen te krijgen dat hij verkocht was. Dat zou ons niet nog een keer gebeuren, helemaal niet na drie uur rijden!
De afspraak stond, rond twaalven zouden we er zijn. Op de valreep werd er nog een reserve-afspraak gemaakt, iets boven Lissabon, voor een gelijksoortig voertuig. Je wist maar nooit. Maar stiekem hoopten we dat de eerste gelijk goed zou zijn (hij zag er zo strak uit! Met maar 30000 km! De verkoper was er laaiend over!), en we linea recta weer zo snel mogelijk naar huis konden, naar de kinderen die we even onder de hoede van derden hadden achter gelaten.
Stipt om twaalf uur waren we er, hartje Lissabon. Het bleek een garage. De pick-up stond ergens in een onmogelijk hoekje geparkeerd, geen eigenaar te bekennen. Het was allemaal toevertrouwd aan de garage-houder, die hem braaf startte terwijl Sander zijn inspectie deed. Of hij er een rondje in kon rijden. Nee, dat kon niet. Hij was onverzekerd, en de eigenaar was er niet, die was druk. Na tien keer bellen nam de goede heer eindelijk op. Ik legde uit dat we toch op z’n minst een rondje wilden rijden voor we tot een koop zouden overgaan. Na enige druk kon hij dat toch wel begrijpen en zou er over een kwartiertje aankomen. Ondertussen bleek het toch mogelijk om met de garageman een rondje te rijden. Geen succes. Vijftig meter verderop stond hij stil, er bleek een benzine-lek. Schakelen ging ook al niet soepel, de kilometerteller was kapot (maar echt, de kilometerstand klopte wel, hoor!) en hoe mooi hij er van buiten ook uitzag, er was onmiskenbaar een flinke laag zwarte verf overheen gegaan (om dingen te verdoezelen?). Als er motorisch dingen niet klopten was het natuurlijk helemaal een ander verhaal.
De eigenaar, een duidelijke fitness-klant in motorpak, groot en sterk, zette ook nog eens tijds-druk: na vieren konden de papieren niet meer geregeld, dan hield het op voor vandaag. Grote twijfel, want gedreven door de wens geslaagd naar huis terug te keren en verblind door het mooie uiterlijk. Toch besloot Sander liever ook de andere pick-up te willen zien voor we tot een besluit zouden komen.
Dat bleek een gouden greep!
We belandden in een klein, vredig dorpje, de geitjes liepen buiten het hek. De pick-up had een iets minder strak uiterlijk, maar motorisch blijkbaar des te schoner. Het zag er allemaal minder gelikt uit, eerlijk. De man die ons verwelkomde verkocht hem voor zijn oude buurman, die er zelf niet meer in kon rijden. Rondje rijden was geen probleem. Daarna werden we in zijn huis uitgenodigd, terwijl we op de papieren wachtten. Ik mocht kaki’s plukken van de kaki-boom die er stond, mijn geluk kon niet meer op. Sander papte wat met de honden aan, er was een prachtig uitzicht over de groene heuvels, alles ademde vredigheid uit en klopte helemaal. Dit was de pick-up die ons betrouwbare werkpaard zou gaan worden op de berg.
Elke 3e maandag van de maand vertel ik over ons leven op de (recent afgebrande) berg, in de Algarve. Op onze Facebook pagina hou ik de ontwikkelingen bij sinds de brand.