Caminho Português: Aankomst Santiago de Compostela

We zijn in Santiago gearriveerd. Onze caminho Português is ten einde. Ik schreef het al eerder. Eigenlijk is het einddoel Santiago de anticlimax na al die avonturen langs de Weg. Niet meer de weg bewandelen met al die ontmoetingen en die herinneringen. Na een laatste steile klim over circa vier kilometer arriveren we in Santiago. Onze vriend Daniel had ons de foto’s al laten zien van onder andere een enorm plein met een nog enormere kathedraal, zo groot dat die niet op de foto past…

Wij bevinden ons, denken we, op een pleintje voor de kathedraal, wel aardig maar om daar nu over naar huis te schrijven, vooropgesteld dat we dát al van plan waren. Een beetje overdreven. Is dat alles? Teleurgesteld zoeken we onze slaapplaats op om op te frissen en daarna gaan we naar het Oficina de Peregrinos om ons wel verdiende certificaat op te halen. Daar staan honderden eveneens zojuist gearriveerde pelgrims te wachten om naar binnen te gaan in het pelgrims bureau, en die vanuit alle windstreken naar Santiago zijn gekomen.

Caminho Português: Aankomst Santiago de Compostela

We horen de enthousiaste en herkenbare verhalen aan en wachten geduldig tot we aan de beurt zijn. En als we dan aan de beurt zijn wordt gevraagd of we uit spirituele dan wel toeristische overwegingen deze caminho gelopen hebben en bij bevestiging van dat eerste wordt onze naam plechtig in het latijn in de voorgedrukte Latijnse tekst met de hand bijgeschreven. Een waarlijke bekroning van onze inspanningen. Een glorieus moment om zo te benoemen, iedere keer weer als we daar staan. Het toeristische certificaat is bovendien lang zo mooi niet als het originele spirituele certificaat, maar dat terzijde.

Caminho Português: Aankomst Santiago de Compostela

Daarna is het tijd voor de pelgrims mis. Onderweg naar de kathedraal staan we ineens op het giga grote plein, dat we nu herkennen van de foto’s van Daniel. Precies aan de andere kant van waar wij vandaan kwamen. Wow! Vol met blije mensen die evenals wij toch maar de eindstreep behaald hebben. Dat wel! Binnengekomen in de enorme kathedraal wordt de Heilige Pelgrims mis in het latijn gevierd en tijdens de preek wordt omgeroepen hoeveel pelgrims er gisteren zijn aangekomen en vooral uit welke landen ze allemaal afkomstig zijn. Morgen worden wij dus omgeroepen want het pelgrims bureau moet eerst aan het eind van de dag de statistieken bij werken.

Twee Nederlanders worden dus in Ieder geval morgen gememoreerd. Waarlijk een fijne gedachte. We zullen het evenwel niet aanhoren, want dan zijn we alweer op weg terug naar Porto. Daarna gebeurt er iets spectaculairs. Maar eerst dit. In vroegere tijden hadden de bedevaartgangers niet de beschikking over welriekende zeep en deodorant en andere persoonlijke hygiënische artikelen van Kruitvat of Etos, dus reeds bij aanvang van de mis moet het er enorm gestonken hebben. Om die reden werd en wordt daarom nog steeds wierook gebrand in een wierook vat. En die ruikt beter dan de zich toen alom verspreidende penetrante lijflucht. Je hebt er vast een voorstelling bij…

Nu is alles in Santiago groot en nog groter. De kathedraal is giga groot, dat wierookvat ook. Het zilveren vat (de Botafumeiro) is 1,60 meter hoog en zo’n 80 kilo zwaar en wordt door acht man, Tira Boleiros geheten, in traditioneel habijt omhoog getrokken, en slingert even later over een afstand van zo’n 60 meter van voor naar achter én boven de hoofden van de aanwezigen door het schip van de Kathedraal. Spectaculair!. Overigens (en denk er van wat je er van vindt) maar met zo’n wierookvat zwaaien kost wel geld, 450 € per mis wel te verstaan. Dat is niet mis. Het gaat niet voor niets. Voorafgaande aan het gebeuren wordt er rondgegaan met de collectebus en als er te weinig opgehaald wordt, wordt de Botafumeiro niet omhoog gehaald of heen en weer geslingerd. Punt. Maar soms is er een rijke weldoener die het bedrag afkoopt en dit schenkt aan de Kathedraal om toch de aanwezige pelgrims mogelijk te maken dit waarlijk prachtige wierookvat te mogen aanschouwen en vooral de wierook op te kunnen snuiven.

De Tira Boleiros moeten overigens sterke en onversaagde bikkels, mannen van staal zijn, want het trekken aan de touwen is een helse job dat veel vraagt van deze mensen. Spierpijn, ontwrichte schouders en ander lichamelijk ongerief, liet ik mij desgevraagd door een bevriende Tira Boleira vertellen toen ik eerder dit jaar vrijwilligerswerk in Santiago deed. Wel, we ruiken na afloop dus naar wierook. We moeten wel nog even wat doen…

Toen we destijds thuis bij Daniel, onze goede vriend in Madrid, besloten de caminho te gaan lopen ontkurkte hij een fles Cava, sneed een gleuf in de kurk, klemde daar een euromunt in en schreef op die kurk met pen “Camino 2013” en gaf die aan ons mee als een soort van gelukbrengende talisman. Die kurk ging de hele reis mee in de backpack, maar nu moesten we er wat mee. Tijdens de mis wordt er zoals eerder gezegd, gecollecteerd. Onze euromunt telt dus mee met of er wel of geen Botafumeiro door de kerk gaat slingeren. De euromunt heeft een goed doel gevonden zullen we maar zeggen. De kurk blijft over. Wat doen we daar mee? Zomaar weg gooien kan natuurlijk niet. Die heeft een hele reis gemaakt van de wijnvelden van Catalonië en de winkel in Madrid naar Rotterdam en vandaar weer naar Lissabon en 655 km daarna in een rugzak naar de schrijn van de Apostel Jacobus. Dat is geen sinecure.

Achter het hoofdaltaar van de kathedraal staat een enorm gouden beeld van onze apostel Jacobus met zijn gezicht in de richting gekeerd van de kathedraal. Achterom kan je via een smal wenteltrapje achter het beeld komen en daar omhelst iedereen Jacobus uit dank dat je toch maar deze barre tocht tot een goed einde gebracht hebt. Een waarachtig prachtig, ontroerend en afsluitend moment. Tussen het beeld en de bodem waarop het beeld op pootjes staat bevindt zich een nauwe ruimte. Discreet schuift mijn kurk er onder. Ook de keren daarna als we na weer een caminho volbracht te hebben in Santiago aankomen met een Cava kurk.

Ik vind dat Santiago en de cava kurken bij elkaar horen. Schoonmakers die later het beeld en de ruimte er onder schoonmaken zullen zo hun eigen gedachten er bij hebben. Ze hadden zeker geen geld voor echte champagne en daarom maar dat Catalaanse surrogaat gedronken hebben… We zullen het nooit weten, ha ha.

Daarna worden we opgenomen in de toeristische gekte die ons voert langs de vele souvenirwinkeltjes, restaurantjes, et cetera. Leuk om gezien te hebben, maar één keer is wel genoeg. Evenwel komen we er de jaren er op nog een aantal keren terug. Natuurlijk komen we ook bekenden tegen die we onderweg ontmoetten en met sommigen drinken we een glaasje of eten een hapje. We vinden een prachtige Grand Café met comfortabele fauteuils en wifi. Een moderne pelgrim kan niet zonder wifi. Lekker even appen met het thuisfront. De tijden zijn veranderd sinds de apostel per schip die kant op kwam alhoewel hij daarvan zelf weinig gemerkt zal hebben. Immers weet u nog, hij was kort daarvoor onthoofd door toedoen van die vreselijke Romeinse koning Herodes Agrippa. Ik zal vaak in het Grand Cafė terug komen al is het maar voor de echte cappuccino die ze er serveren, een stukje Torta de Santiago, heerlijk gebak met amandelspijs vulling of een koud geserveerd glaasje witte Portwijn.

Ook bezoeken we telkens weer het Nederlandse Jacobs Genootschap, ja wel dat bestaat ook, uit Utrecht dat een heuse huiskamer heeft boven het Pelgrimsbureau alwaar vrijwilligers de Nederlandse en Vlaamse pelgrims verwelkomen met een kopje koffie en een koekje en waar iedere pelgrim een luisterend oor vindt. Gezellig. Nog het gastenboek tekenen en een donatie doen en de caminho is voorbij. Hoe nu verder, zal je je afvragen? De volgende caminho gaat knagen. We zijn caminho addict geworden na zo’n reis van 34 dagen lopen. We willen weer en dat gaat ook weer gebeuren. Volgend jaar, dat staat al vast.

Caminho Português: Aankomst Santiago de Compostela

Na nog een nacht in Santiago doorgebracht te hebben, lopen we de volgende dag naar het busstation en zijn we een aantal uren later weer bij Casa da Música in Porto, het muziek theater dat overigens door de bekende Nederlandse architect Rem Koolhaas is ontworpen. Dat u het weet. Onderwijl wordt in de Kathedraal van Santiago door de priester van dienst rond geroepen dat er gisteren naast de vele buitenlanders in ieder geval ook twee Nederlanders in Santiago zijn gearriveerd.

Volgende keer zal ik je inwijden in de praktische zaken die komen kijken bij zo’n onderneming als de Caminho.

Abraço e até mais. Tot de volgende keer.

Albertinho


Albert Weterings liep vijf keer als pelgrim door Portugal naar Santiago de Compostela. Naast pelgrim is hij vrijwilliger/taalmaatje en onderwijst, met zijn kennis van de Portugese taal, het Nederlands aan met name inburgerende Brazilianen op Goeree Overflakkee. Verder heeft hij een grote passie voor Braziliaanse Bossa Nova en Samba muziek en produceert muziek video’s.