Vorige keer kon je lezen over mijn jeugd herinneringen aan mijn thuisland Portugal, vandaag ga ik verder met nog ‘a walk down memory lane’… De zomervakanties tot aan mijn middelbare school, bracht ik samen met mijn ouders en broer door in het dorp waar we alle 4 geboren zijn, in de regio Ribatejo/midden Portugal. Een hele mooie regio. Slechts 55 minuten van Lissabon, Santarem als de hoofdstad van de Gotiek, Tomar met de Tempeliers kerken en Festa do Tabuleiros (bloemenfeest, 1x per 4 jaar), Alcobaça met haar grote klooster, Fátima/Onze Lieve Vrouwe van Fátima, Leiria, Nazaré/Sitio, Óbidos, Peniche en nog veel meer mooie en interessante plaatsen.
Het is heel groen, met heuvels en een gebergte, Serra d’Aire e dos Candeeiros (Berg van de lamp/het licht), grotten en de dinosauruspootafdrukken uit het Jura tijdperk. In de buurt is een binnenlandse zoutwinning, wel interessant omdat het veel kilometers van de zee af is. Dit zijn maar een paar tips die het bezichtigen waard zijn. Plus de luchtkwaliteit van deze regio is een van de schoonste van Europa (google maar).
Ik herinner mij dat de zomers nog echte zomers waren, geen één dag van de vakantie was er regen. In de ochtend was het al warm en het werd alleen maar heter op de dag. Zo heet dat je het asfalt zag ‘smelten’. De beroemde siesta was echt geen straf. Alle luiken, ramen en deuren waren dicht, niemand op straat, zelfs geen hond of kat.
Het was heel normaal dat de huizen rolluiken hadden, wat we nu pas een beetje ingeburgerd zien in Nederland. Maar ja, we beginnen ook steeds meer een mediterrane zomer te krijgen. Inclusief meer buiten leven, buitenkeukens, opblaaszwembaden. Buitenkeukens waren ook normaal in Portugal. Uiteraard niet als je op een flat in Lissabon of Porto of in een andere grote stad woont. Maar richting binnenland is er meer ruimte, veel meer vrijstaande woningen. Daarom hadden/hebben veel Lisboeta’s (=inwoner van Lissabon) vaak een tweede huis in landelijke regio’s.
Ons huis was vrijstaand, met een entree, erboven wijnranken/druiven, waar onder tafels geplaatst werden en zo onder de verkoeling van de druiven heerlijk gegeten en gedronken werd, a boa vida!
We hadden een patio met een waterput, waar ijskoud water uit kwam en die bron is tot op heden niet één dag drooggevallen, getuigt van grote waterkracht. En dan de tuin, waar sinaasappelbomen een enkele mandarijnenboom groeiden. Een pruimenboom in de patio met heerlijke gele pruimen, die super lekker waren. Als wij aankwamen zo rond juli/augustus dan hadden zij hun hoogtepunt al bereikt en vielen ze er af of mensen kwamen ze plukken.
De druiven waren pas rijp in september/oktober als wij al terug waren in Nederland. Ze werden geoogst door familie en werden heel ouderwets in een grote zinken teil geplet door voeten van zingende mannen of vrouwen. Een wijn met een vrolijke noot.
Wat in die juli/augustus maanden bijzonder was, waren de dorpsfeesten. In deze periode waren er feesten, festivals, optredens in heel Portugal. Ondanks dat ze op elkaar leken hebben ze allemaal wel een eigen tintje. Zo een feest duurde vaak een paar dagen tot een week, dus er was altijd wel ergens een feest waar je naartoe kon gaan. Op zondag werden de feesten ingeluid door een ‘romaria’, een processie. Dan werd de patroonheilige uit de kerk gedragen door vaak mannen en werd er een rondje door het dorp mee gelopen en liederen gezongen. Het eindstation was weer in de kerk.
Er werden ook soort kermis attracties gehouden en lootjes getrokken. Allerlei optredens van folklore groepen, volksmuziek en dan in de avond speelden de ‘echte bands’. Dus dan werd het tijd om naar het feest te gaan om te dansen. En gedanst dat er werd!!. De dames zaten allemaal keurig op een stoel op de voorste rijen te wachten tot ze ten dans gevraagd werden en de etiquette schreef voor, ga er maar voor zitten als je dit leest, dat als een jongeman een dame ten dans vroeg, de dame eigenlijk geen nee mocht zeggen. Deed ze dat wel dan moest ze de volgende uitnodiging van een jongeman ook afwijzen. Je snapt dat ik, een meisje uit Amsterdam, hier volop vrijer, het hier moeilijk mee had. Erg he!!!!
Ik was jong en als een jongen bijvoorbeeld een puist op zijn neus had, zei ik nee, en dan mocht ik die dans blijven zitten. Dit waren nog hele ouderwetse regels die meisjes opgelegd werden en niet de jongens! Nou ja, dat heb ik wel overleefd, later toen ik ouder werd deed ik meer wat ik zelf wilde. Maar toen ik 14-15 jaar was en pas met dit dansgebeuren begon, hield ik me er netjes aan.
Ik merkte dat mijn moeder en mensen die uit Portugal naar het buitenland vertrokken waren de regels strakker aanhielden dan de mensen die daar de revolutie in 1974 hadden meegemaakt. Zij begonnen vrijer te worden, maar omdat de mensen die vertrokken waren deze ontwikkeling hadden gemist, bleven ze krampachtig de oude normen en waarden vasthouden.
Zo maakte ik mee dat een jeugdvriendinnetje van mij al naar het cafe mocht (zo-zo!!!) en ik in principe niet. Later natuurlijk wel. En het had ook met de eigen persoonlijkheid te maken, want ik had in Nederland Portugese vriendinnen die al moesten ze uit het raam kruipen ze gingen uit. Zover heb ik het niet geschopt. Dus met dit soort zaken botste de Portugese met de Nederlandse cultuur in mij, vrijheid versus onvrijheid.
We gingen ook iedere vakantie twee weken naar Nazaré, daar verbleven we in een echt vissershuisje op een eerste verdieping die vaak gedeeld werd met meer gezinnen. Er ontstonden dan ook leuke vriendschappen. Er was een keuken die, net als de badkamer, gedeeld moest worden. De badkamer zonder douche of bad, slechts een teiltje met warm water. Nu snap ik wel wat een werk mijn moeder gehad heeft om ons iedere dag van het zoutbad uit de zee met schoon water in dat teiltje af te spoelen. Nazaré, blijft mij dierbaar. Naar de Sitio, met een kabelbaan de rots op naar boven getrokken en dan vanuit de hoogte van de Sitio weids uitzicht hebben over de zee. Of de Praia do Norte waar de laatste jaren veel internationale surfwedstrijden gehouden worden op de hoogste golven van de wereld. Dit is te danken aan een grote trog die paar kilometer van de kust van Nazaré loopt die de golven gewoon omhoog stuwt..
Dus ja mooie herinneringen. Ik kijk achterom en denk ‘waar is de tijd toch gebleven’…?
Ate a proxima……tot de volgende keer
x.Edite
De in Portugal geboren Edite dos Santos, woont sinds haar derde jaar in Nederland. Ze werkt hier als voetreflexologe en natuurgeneeskundige. Ze gelooft in een holistische aanpak van klachten en in evenwicht tussen body, mind and soul. Verhalen vertellen en verhalen schrijven doet ze graag. Haar motto is: mooie woorden zijn er om gedeeld te worden.
Precies zo waren mijn vakanties. (ik kom uit Alhandra). Altijd naar Nazare, en soms naar Peniche..
Dank mooie nostalgisch verhaal..
Mooi, leuk om te lezen. Obrigada!